We spraken kort met Lionel Billiet van het Brusselse Rotor, die op 5 juni 2015 een lezing gaf tijdens de Week van het Lege Gebouw. Momenteel is Rotor Deconstruction onder andere bezig met de ontmanteling van het interieur van het voormalige KPN-gebouw in Amsterdam Sloterdijk (gebouw 'The Dam'), om deze materialen vervolgens weer op de markt te brengen.

Hoe zou je Rotor omschrijven? Zijn jullie nu ontwerpers, onderzoekers, kunstenaars, slopers of handelaren in bouwmaterialen?

Lionel Billiet: Zo zou ik Rotor ook ongeveer hebben omschreven, enkel de woorden ‘kunstenaars’ en ‘slopers’ had ik waarschijnlijk weggelaten.

Wat is jouw expertise binnen Rotor?

Ik maak deel uit van Rotor sinds 2011, als onderzoeker en entrepreneur. Door mijn achtergrond als bio-ingenieur heb ik eerst gewerkt aan onderzoeksprojecten in verband met bouw- en sloopafval of met hergebruik van bouwmaterialen. Ik heb ook advies gegeven aan bouwheren en publieke instellingen over deze topics.

In de zomer 2013 superviseerde ik ons eerste experimentele ontmantelingsproject in een kantoorgebouw. De uitdaging was om de gerichte demontage van de herbruikbare elementen uit het te renoveren gebouw op een veilige en economisch haalbare manier te organiseren. Sindsdien ben ik actief betrokken in het spin-off-bedrijf Rotor Deconstruction, dat nu een achttal grote werven achter de rug heeft, en dat meer dan 250 ton bouwmaterialen terug op de markt heeft gebracht.

Verchroomd plafondbeslag (uit 1994) uit het voormalige KPN-gebouw in Amsterdam Sloterdijk, door Rotor Deconstruction ontmanteld.

Wat is jullie opvatting over leegstand en het hergebruik van gebouwen?

Vanuit een materialenstandpunt hebben we vaak gezien dat slecht beheerd leegstand het hergebruikpotentieel van de interieurelementen drastisch kan doen verminderen. Veel bouwmaterialen hebben geen vervaldatum in zich: de end-of-life is simpelweg bereikt wanneer beschadiging optreedt. Dit geldt ook voor het behoudpotentieel van gebouwen of inrichtingen. We hebben publieke opdrachtgevers gezien die een perfect functioneel gebouw 10 jaar lang open laten aan vandalisme, en die daarna kolossale bedragen aan de EU vragen voor een zwaar renovatieproject “omdat het nodig is”. Door een slimme aanpak van het leegstand hadden de kwaliteiten van het gebouw beter bewaard kunnen blijven, waardoor de zware renovatie niet nodig was geweest.

We weten ook hoe groot de nood is in een stad zoals Brussel voor betaalbare ruimtes voor initiatieven of beginnende activiteiten. Rotor zelf, en veel andere organisaties waarvan we het werk bewonderen, hebben in hun eerste jaren gebruik gemaakt van tijdelijk beschikbare gebouwen, dankzij formele of informele akkoorden met de eigenaars.

Merk je dat er meer aandacht komt voor duurzaam en economisch hergebruik van materialen, of is het een niche die nog aan bekendheid moet winnen? En hoe zie je jullie rol hierin?

Misschien ben ik geen neutrale waarnemer hiervoor, maar ik denk dat Rotor voor een deel verantwoordelijk is voor een dynamiek die momenteel in Brussel en België bestaat rond het hergebruik van bouwmaterialen. Deze aandacht vertaalt zich in de praktijk echter slechts in een klein aantal pilootprojecten en merkwaardige initiatieven. We zijn nog heel ver van een mainstream praktijk.

Hergebruikketens die wel op een grote schaal draaien zijn de klassieke branches voor hergebruik van bakstenen en en kasseien. Hiervan is veel te leren. Maar als je de situatie van nu met 20 jaar geleden vergelijkt, is de hergebruiksector verzwakt.

Op welk project van Rotor ben je het meest trots, en waarom?

Op het lanceren van Rotor Deconstruction. Het is het resultaat van jarenlang empirisch onderzoek en het geduldig opbouwen van expertise ten aanzien van hergebruik. Deze activiteiten hebben we zonder financiële steun van de overheid op poten gezet.

Waarover ga je vertellen op 5 juni?

Ik zal vertellen over onze ontmantelingsprojecten in kantoorgebouwen, en over wat het ons heeft geleeerd op het gebied van vastgoedbeheer, materialenstromen en afbraaklogica.

Deel deze pagina Deel op Facebook Deel op Twitter