Frank van Altenburg, Jarrik Ouburg en Leo Hendriks over het belang van samenwerking tussen verschillende vakgebieden voor de leegstandsopgave, na afloop van de Week van het Lege Gebouw 2013.

Frank Altenburg, Rijksdienst Cultureel Erfgoed en Reinwardt Academie
“Een tijd lang was ik vanuit de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed gedetacheerd bij de Reinwardt Academie. Daar was ik betrokken bij alle voorbereidingen voor de Week van het Lege Gebouw. Door die Week heb ik veel meer inzicht gekregen in hoe belangrijk het hele vraagstuk van herbestemming is geworden en hoe hoog de urgentie is. De cijfers van de gemeente Den Haag zijn echt onthutsend, 1,1 miljoen m2 aan vastgoed dat op korte termijn leeg komt te staan. Dat plaatst de herbestemming van het pand aan de Raamweg ook in een ander licht.

Tien jaar geleden was herbestemming soms ook wel moeilijk, maar in de grote steden en op plekken met karakter lukte het eigenlijk altijd wel. Inmiddels is de opgave zo groot geworden, en is de vastgoed- en bouwmarkt zo veranderd, dat de gebruikelijke modellen niet meer werken. Voor de Raamweg kun je een leuk ontwerp maken en een invulling bedenken, maar hoe krijg je het voor elkaar met opdrachtgevers? Waar je tot voor kort op zoek ging naar passende functies voor een monumentaal gebouw, moeten nu nieuwe functies worden bedacht en nieuwe gebruikers gecreëerd.

De kennis en ervaringen die ik heb opgedaan in de Week, heb ik mee teruggenomen naar de Reinwardt Academie. Van oudsher is het vooral een museale opleiding, maar de laatste jaren heeft het zich ontwikkeld tot erfgoedbreed. De Reinwardt Academie richt zich op de waarde van erfgoed en de interactie met het publiek. Het gaat dan om het toegankelijk maken en ontsluiten van erfgoed. De bouwkundige en architectonische kennis die nodig is bij herbestemming en monumentenzorg bieden we niet aan. Daarvoor moet je zijn bij een studie Kunst- en Architectuurgeschiedenis, een TU, Academie van Bouwkunst of HTS.

Vorig jaar hebben we met drie Amsterdamse Hogescholen, Hogeschool InHolland, Hogeschool van Amsterdam en de Hogeschool voor de Kunsten Amsterdam een Center of Expertise voor de creatieve industrie opgericht. Daarbinnen heeft de Hogeschool voor de Kunsten het onderwerp herbestemming geadopteerd. De Academie van Bouwkunst richt zich daarbij op ontwerpen, terwijl de Reinwardt Academie zich richt op betekenisgeving en erfgoed.

De Week van het Lege Gebouw werkte als een katalysator voor de positionering van de Reinwardt Academie in de monumentenzorg, herbestemming en stadsontwikkeling. Studenten kunnen inmiddels op het gebied van landschap, archeologie en monumentenzorg stage lopen of een afstudeeronderzoek doen en op die manier andere domeinen betreden. De kracht van een Reinwardtstudent ligt op het gebied van waardering en betekenisgeving: het ontsluiten van geschiedenis, verhalen vertellen, echt contact maken met het publiek en cultureel ondernemend zijn. De verhalen achter de stenen vertellen, dat is een interessante niche, een interdisciplinaire kans.”

Studenten en docenten Arjan Kok in hun werkruimte.

Jarrik Ouburg, hoofd Architectuur, Academie van Bouwkunst Amsterdam
“Mijn workshopgroep in de Week van het Lege Gebouw splitste zich op. Het ene deel van de groep koos voor een min of meer traditionele aanpak waarbij iedereen werkte vanuit zijn eigen discipline en alles verliep in de gebruikelijke volgorde. In het andere deel gingen alle disciplines tegelijkertijd aan tafel en werd er gewerkt vanuit een collectieve intelligentie. Daar konden de disciplines elkaar versterken en lagen de antwoorden niet voor de hand. Je zag hier geen estafetteprincipe waarbij resultaten werden doorgegeven: het doorrekenen gebeurde bijvoorbeeld tegelijkertijd met het ontwikkelen van een programma of het maken van een ontwerp. De twee delen van de groep toonden een lineair proces versus een circulair proces. Dat circulaire karakter is ook eigen aan transformatie: rethink, reuse, redesign.

Het gebouw aan de Raamweg heeft van oudsher een beschermend karakter: eerst als katholiek jongensinternaat, dan als deel van de Atlantic Wall en hoofdkwartier van Seyss-Inquart en uiteindelijk als huisvesting voor Interpol. De vraag is: hoe ga je met dat karakter om? Het ene deel van de groep zag het als een negatieve kwaliteit en bedacht een concept waarmee het gebouw toenadering zoekt tot de buurt, namelijk ouderenhuisvesting. Het andere deel zag het beschermende karakter als een kwaliteit waarin juist kansen schuilen. Zij bedachten het concept van een woonwerkgemeenschap voor uitgeprocedeerde asielzoekers waarmee het gebouw zijn beschermende kwaliteit behoudt, maar de poort altijd open staat. Beide ideeën zijn valide: het ene deel van de groep heeft gedacht vanuit de markt, het andere deel vanuit de maatschappelijke behoeften.

Uiteindelijk neem je als architect de verantwoordelijkheid voor de architectuur. Maar architectuur ontstaat pas wanneer alle disciplines zo zijn geïntegreerd dat het geheel meer is dan de som der delen. In die zin is de architect ook verantwoordelijk voor de coördinatie en communicatie met de verschillende disciplines.

Het is daarom essentieel de studenten een interdisciplinaire benadering mee te geven. We hebben in deze tijd namelijk collectieve intelligentie nodig en creativiteit. De geijkte paden lopen dood.”


Deel deze pagina Deel op Facebook Deel op Twitter